“New Beetle tot einde 2005”


“Facelift vanaf januari 2006”


Retro is hot in de jaren 90. Als een van de eerste autofabrikanten waagt Volkswagen zich eraan. In 1997 verschijnt de New Beetle, de Kever voor het nieuwe millennium. Pas in 2003 krijgt hij gezelschap van de Cabriolet. In 2021 is het een ideale open youngtimer. In deze Koopwijzer brengen we je op de hoogte van de plus- en de minpunten.
De jaren 90 staan in het teken van retro. Zo staan de New Mini, de Fiat 500 en de Kever in de steigers. Als klap op de vuurpijl komt zelfs Chrysler met de aan een hotrod denkende PT Cruiser. Babyboomers zijn dol op dit soort auto’s: met de originele modellen zijn ze immers opgegroeid. In tegenstelling tot zijn wereldberoemde voorvader – de Kever – is de New Beetle geen auto voor het volk, maar een pure niche-auto. Meestal is het een tweede auto waarmee je ‘de blits’ kunt maken, hoewel hij met zijn derde deur ook relatief praktisch is. In het geval van de cabriolet kun je er daarnaast nog lekker open mee toeren. De New Beetle wordt in relatief kleine aantallen gebouwd, hoewel hij maar liefst dertien jaar in productie blijft, waarna de teller blijft steken op zo’n 1,1 miljoen stuks. De Cabriolet houdt het zeven jaar vol.
De tijd wacht echter op niemand en in twintig jaar verander je niet alleen als mens, maar verandert ook je perceptie. De New Beetle is in ons land (en vaderland Duitsland) niet het succes waarop Volkswagen en zijn importorganisatie hebben gerekend. Die laatste denkt met een inschrijfsysteem een zodanig grote vraag te creëren dat prospects boven de toch al ambitieuze catalogusprijs gaan bieden. Dat wordt een flop en de Beetle verliest snel zijn momentum. Wereldwijd en met name in de Verenigde Staten scoort de New Beetle aanmerkelijk beter. Toch heeft hij (nog?) niet de status van zijn roemruchte voorvader verworven.
Gemoedelijk
Het imago van de New Beetle en de Cabriolet zie je nu 23 jaar respectievelijk 18 jaar later terug in de occasionprijzen. Beetles, open of gesloten, koop je met een betrekkelijk klein budget. Waar dat aan ligt? Om te beginnen is de cabriolet pas vijf jaar na de lancering van de New Beetle verschenen. Volkswagen heeft lang getwijfeld aan de haalbaarheid van de open Beetle, en het was maar zeer de vraag of hij succesvol kon worden. Niemand minder dan Bernd Pischetsrieder, die toen hij nog bij BMW werkte de initiator was van hét retrosucces New Mini, geeft uiteindelijk groen licht voor de in veler ogen geslaagde open versie van de New Beetle. In 2003 rijdt de AutoWeek-redactie er eindelijk mee, maar we zijn niet overtuigd. Met de 102 pk sterke 1,6-liter achtklepper duurt het vrij lang voordat je op snelheid bent, en eenmaal daar maakt de motor wel erg veel toeren. Hij rijdt nogal ongeïnspireerd, het is te veel een Golf in een ander jasje, vindt de redacteur van dienst. Ook de 1.8 Turbo maakt van de Beetle geen sporter. Verder valt op hoe torsiestijf de carrosserie is geworden. Dat is het gevolg van de vele verstevigingen, maar die maken hem ook zwaar. In Nederland en in Duitsland slaat de Cabriolet aan en verkoopt hij zelfs beter dan de gesloten versie.
De New Beetle is geen allemansvriend: je vindt hem geweldig of je vindt hem spuuglelijk. Dat geldt onverminderd voor de Cabriolet. In gesloten toestand oogt hij weinig spectaculair, maar als een kameleon verandert zijn gedaante zodra de kap na een druk op de knop wordt opgevouwen en dan pontificaal boven op het achterdek wordt gedrapeerd. Hij veert erg comfortabel, wat past bij het karakter. De open Beetle is immers geen sportieve auto, eerder een gemoedelijke cruiser en daarin excelleert hij. Je zit al snel met je haren in de wind door de ver van je af gepositioneerde voorruit. Jammer van het uitzicht naar achteren. Laten we eerlijk zijn, je voelt je weinig macho in de New Beetle Cabriolet. ‘Homo-auto’, noemde een deelnemer in zijn review de eigenwijze cabriolet zelfs, maar hij was al lang en breed getrouwd met een vrouw en het deerde hem niet. En dan, dat vermaledijde bloemenvaasje als knipoog naar het verleden helpt ook niet. Maar welk verleden? Er reed nooit een Kever rond met bloemen in het interieur. Vals sentiment, met dank aan de marketingafdeling.
Er staan best veel Beetles Cabriolet te koop. Je zoekt ze echter vergeefs bij dealers, want daarvoor is het model te oud. Het loont met de hoge uurtarieven niet de moeite om dergelijke auto’s ‘verkoopklaar’ te maken. Ga maar na: het prijsspectrum begint al bij €3.000. Toch doen maagdelijke New Beetles dik over de €10.000.
Onhebbelijkheden
Het verdient tevens aanbeveling om over de grens te kijken. Waar moet je dan zoal op letten? De Cabriolet werd gebouwd in Mexico, de gesloten versie van 1997 tot 1999 ook in Wolfsburg. Helaas is de New Beetle niet geheel vrij van onhebbelijkheden en storingen, ook al stamt de techniek van de Golf IV. Voor deze Koopwijzer hebben we een New Beetle Cabriolet opgezocht. In Joure staat het (inmiddels verkochte) fotomodel in een heerlijk pasteltintje met de toepasselijke naam Harvest Moon Beige klaar bij Autobedrijf Jentje Zantema, een 1.6 Highline uit 2004 met zo’n 160.000 kilometer ervaring. De prijs: €5.500.
Een vermogen van 102 pk en een maximumkoppel van 148 Nm zijn in het huidige verkeer net voldoende om mee te komen. Je wordt er door de gemiddelde A-segmenter al uitgeaccelereerd. Vergeet dus een 1.4-versie en ga minimaal voor de 1.6. De 2.0 staat te boek als dorstig, zonder over veel meer potentieel te beschikken. Dit is wel de enige motor die ook met zestraps automaat verkrijgbaar is geweest. En tja, een TDI komt amper nog in aanmerking, zeker als je je in stadsverkeer begeeft. Er zijn drie uitvoeringen op de Nederlandse markt geweest. De basis is de Turijn, dan volgt de Turijn Comfort en de Highline is de meest complete. In de 1.6 Highline vinden we onder meer de begeerlijke elektrisch bedienbare kap en vier zijruiten die met een centrale knop naar beneden kunnen. Voor airco en lichtmetalen wielen betaal je nog steeds extra. In 2005 ondergaat de hele serie een ingrijpende facelift. Zowel de bumpers als de spatborden krijgen scherpere randen. Ook de 1.8 Turbo wordt nu voor de open versie leverbaar. Volkswagen laat het onderstel ongemoeid.
Buitenslaper
Foutloos is een New Beetle allerminst. Het is meestal een echte gebruiksauto, die op straat de nacht doorbrengt. Je herkent zo’n buitenslaper direct aan de koplampen, die naarmate de jaren vorderen als gevolg van UV-straling dof worden. Er nestelen zich ook graag algen tussen de zijruitrubbers en de nogal fors uitgevallen aluminium lijst. De zijruiten raken door ophopend vuil bekrast bij het openen en sluiten.
We hebben al snel een vooroordeel over in Zuid- of Midden-Amerika gebouwde auto’s. Niet geheel ten onrechte. De in Mexico geassembleerde New Beetle heeft een reputatie opgebouwd als echte lampenvreter, een gevolg van het complexe elektrische systeem waaraan overigens ook andere storingen te wijten zijn. Zo noteren we opvallend veel kapotte portiersloten, waardoor de zijruiten weigeren te zakken, wat op zijn beurt de toegang tot de New Beetle onmogelijk maakt. Daarnaast weigert het elektrische slot van de bagageruimte vaker dan wenselijk. Vrij gebruikelijk zijn de Check Engine-, airbag- en ESP-waarschuwingslampjes die aan, maar soms ook weer uitgaan.
Waar de New Beetle-eigenaar niet bepaald op zit te wachten, is een elektrisch bediende cabrioletkap die dienst weigert en dat is al helemaal onwelkom als er zich een regenbui aandient. Cabrioletdaken zijn tegenwoordig gecompliceerde constructies. Om te kunnen openen en sluiten moet er aan een veelvoud aan voorwaarden worden voldaan. Vaak zijn de klachten terug te voeren op de vele microswitches, waarvan de kwetsbaarheid bekend is. Er zijn ook gevallen bekend van een weigerende stelmotor die het gesloten dak vergrendelt. Hier kan een gebroken kunststof tandwiel de oorzaak zijn. De hydraulische cilinders voor het openen en sluiten komen anno 2021 op een leeftijd waarop je lekkende keerringen kunt verwachten. Wie denkt dat hij met een handbediende kap beter af is, komt bedrogen uit: hier zijn het de bowdenkabels die menigmaal breken. Bij beide daken laat de hemelbekleding ter hoogte van de achterruit los. Dat geeft op zichzelf niets, maar ziet er wat armoedig uit en dat wil je ook niet.
Onderzijde
De lakkwaliteit van de Cabriolet doet niet onder voor die van in Duitsland geassembleerde auto’s. Roest aan de carrosserie is dan ook amper een thema. Dat is het wel zodra de auto aan de onderzijde wordt gecontroleerd. De achterzijde van de dorpels en de draagarmen van de ophanging moeten de speerpunten van de controle zijn. Doorgeroeste dorpels zijn geen uitzondering. Door vuil dat zich ophoopt kunnen zelfs de draagarmen doorroesten en dat betekent afkeuring bij de apk. De laatste uitlaatdemper behoort tot de normale slijtagedelen. Handremkabels kunnen door weinig gebruik vast gaan zitten. Nu we er toch onderdoor lopen, zien we vooraan bij deze Beetle wat oliezweet. In dit geval is paniek onnodig. Lekkage komt echter veelvuldig voor. Daarnaast wil de 2.0 weleens een liter olie gebruiken per 2.000 kilometer. Deze generatie motoren maakt nog gebruik van een distributieriem. Die moet elke 120.000 kilometer (1.8 T: 180.000 km) of elke vijf jaar worden vernieuwd.
De condensor van de airconditioning, die in de frontlinie bivakkeert, zal ooit de geest geven. Voorts maken eigenaren melding van een startmotor die blijft doorgaan nadat de motor is aangeslagen. Bobines geven vaker dan gemiddeld de geest. Dat zijn geen dure onderdelen, maar het is wel irritant als de motor slecht loopt. De luchtmassameter daarentegen doet de rekening wel oplopen. Uit voorzorg kan een oplettende Beetle-rijder de lambdasonde vernieuwen. Dat voorkomt een brandend motorlampje. Los van deze aandachtspunten kunnen de motoren honderdduizenden kilometers mee. De New Beetle staat tevens bekend als bandenvreter. Kennelijk zijn de wielstanden zo afgesteld dat daarbij een veilig weg- en bochtgedrag boven dynamiek gaat.
et afwerkingsniveau van het interieur voldoet vaak niet aan de verwachtingen. Zoals zo vele van zijn generatiegenoten heeft de New Beetle interieurdelen van harde kunststof die graag tegen elkaar aan schurken en daardoor kraak- en piepgeluiden ten beste geven. De schakelaars en andere plastic delen die ten behoeve van een betere haptonomie een laagje softlack hebben, zien er goed – premium – uit, maar die lak heeft niet het eeuwige leven. Zo zie je vele New Beetles met afbladderende stukken kunststof in het interieur. Vernieuwen is natuurlijk wel mogelijk, maar de onderdelenprijzen van Volkswagen liegen er niet om. Bezint eer ge begint, dus. De kwaliteit van het leer op stoelen en deurpanelen zou ook beter kunnen. Toch heeft onderhoud een groot effect op de levensduur. Wellicht is het beter om een auto te kiezen met stoffen bekleding. Dat is sowieso prettiger als het warm is.
Een aanrader?
Is zo’n New Beetle Cabriolet nu een aanrader of kun je beter doorlopen naar een van zijn soortgenoten? Er zijn twee kampen: het ene is er verzot op en vergeeft hem – zij het knarsentandend – zijn tekortkomingen en storingen. Het andere kamp is die beu en koopt een ander speeltje. We hebben het wel over auto’s met de nodige ervaring. Als je nu toch zo’n New Beetle Cabriolet in het vizier hebt, spaar dan zo lang mogelijk door voor een op en top onderhouden exemplaar, bij voorkeur een binnenslaper met weinig kilometers. Behandel die met het hetzelfde respect als de eerste bezitter, zodat je nauwelijks aan waarde verliest. Een andere mogelijkheid is met een kleine beurs voor een zacht prijsje een auto over te nemen waaraan alle bovengenoemde kwalen zijn verholpen. Dan neem je voor lief dat hij veel kilometers en gebruikssporen heeft.